
The Known and the Still Rather Unknown
Nieuwe criteria voor het prospectief onderzoek naar steentijdvindplaatsen
Sessievoorzitter:
Yannick Raczynski-Henk (Den Ouden Bodac)
- Hoofdpijler:
Veld - Tweede pijler:
Wetenschap - Werkvorm :
Korte lezingen/ pitches met panelzaal
Opgravingen van vindplaatsen uit de vroege steentijd in Nederland (Paleo- en Mesolithicum) zijn over het algemeen methodologisch van goede kwaliteit. Prospectief onderzoek naar vindplaatsen uit deze periode is, enkel uitzonderingen daargelaten, in Nederland echter een ernstig ondergeschoven kind.
De KNA geeft enkel minimale inspanningseisen. Op welke gebieden kan steentijdprospectie in Nederland leren van de theoretische en methodologische voorsprong van onze Vlaamse collega’s? Kan de Nederlandse steentijdprospectie verbeterd worden met behulp van in Vlaanderen toegepaste en geteste methoden, en wat moet er dan wel en niet worden overgenomen/geadapteerd? Daar willen we graag over discussiëren met een genodigd panel én zaaldeelnemers.
Het doel van de sessie ligt in het opsporen van de raakvlakken en de mogelijke verbeterpunten voor de prospectie – we zouden een visietekst voor overleg met de SIKB willen opstellen.
Nuttige links:
De Code van Goede Praktijk
De Leidraden van de SIKB
Studie naar de werkbaarheid van het Vlaamse systeem

© BAAC Vlaanderen, Archeologisch booronderzoek Antwerpen Ekeren Oude Landen (BE)
Inleiding
Inger zal de sessie kort inleiden.
– – – – – – – –

© Inger Woltinge
Inger Woltinge
(Baac Vlaanderen)
Synthese en toekomstvisie
Yannick zal de discussie en uitkomsten kort samenvatten en een blik op de toekomst richten.
– – – – – – – –

© Yannick Raczynski-Henk

(Den Ouden Bodac)
Panelleden:
Eelco Rensink
(Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed)
Bjørn Smit
(Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed)
Marijn Van Gils
(Agentschap Onroerend Erfgoed)

Axel Müller
(ADC Archeoprojecten)

Bart Vanmontfort
(KU Leuven)
Marjolein Van Der Waa
(ArcheoWorks)